WELKOM IN DE WERELD VAN HET ZWEEFVLIEGEN

Zweefvliegen, zo vrij als een vogel, hoog boven het landschap; een schitterende sport. Steeds weer worden zweefvliegers gegrepen door het spel van langzaam omlaag zweven en daarna weer omhoog cirkelen in opstijgende lucht. Vaak is het ‘hard werken’ om het zweefvliegtuig goed gecentreerd in de thermiekbel omhoog te krijgen en soms is het prima zweefvliegweer. Dan is bijna elke bel raak en kun je op zonne-energie honderden kilometers vliegen. Op zo’n dag weet je één ding zeker: Er is geen mooiere sport dan zweefvliegen! .

Zweefvliegen leer je niet uit een boekje, maar in de praktijk, van jouw instructeur. Onder zijn leiding vlieg je zelf voorin in de tweezitter. Dit noemen we de DBO-opleiding (dubbele besturingsonderricht). Van hem of haar krijg je voor de vlucht een briefing over de uit te voeren oefening. Tijdens de vlucht demonstreert de instructeur deze oefening, waarna je zelf de oefening uitvoert. Na de landing volgt de debriefing, een bespreking over wat je goed deed en waar je bij de volgende vlucht speciaal op moet letten. 

 

Dit boekje is een hulpmiddel bij die opleiding. Het is handig om het mee te nemen naar het veld. Het beschrijft per oefening de briefings en geeft de theoretische kennis die je nodig hebt om de oefening te begrijpen. Als je vóór de vlucht de oefeningen waar je aan toe bent, bestudeerd hebt, begrijp je de briefing en de debriefing van de instructeur beter. Het vooraf bestuderen van de lessen versnelt het leerproces aanzienlijk. 

Hier staat de opleiding beschreven zoals je die in de praktijk bij de zweefvliegopleiding tegenkomt. Alles staat in dezelfde volgorde als achter in het logboekje waar je de vluchten in schrijft. Van deze volgorde wordt in de praktijk door de weersomstandigheden soms iets afgeweken, maar alles komt een keer aan de beurt. Sommige onderdelen kunnen in één vlucht behandeld worden en andere onderdelen vergen meerdere vlieglessen voordat je ze beheerst. Je hebt daarom meestal zo’n 50 á 70 lesvluchten nodig om solo te komen. Wie geregeld komt vliegen zal merken dat hij het vliegen sneller in de vingers krijgt dan degene die af en toe een keer een lesvlucht komt maken. Je kunt het Nederlandse EVO-boekje bestellen via de KNVvL-webshop. Je vindt het onder  lesmateriaal.

roelofdirk1200

Roelof and Dirk Corporaal

De zweefvliegopleiding bestaat uit 3 onderdelen:

  1. De basisopleiding in de tweezitter tot en met jouw eerste solovlucht.
  2. De voortgezette vliegopleiding tot aan het SPL (Sailplane Pilot Licence). 
  3. Verdere uitbreiding van de vliegervaring waarbij je voorbereid wordt op het maken van overlandvluchten. het vliegen met introduceés, bergvliegen, kunstvliegen, enzovoort.

De indeling van dit lesboekje is als volgt: eerst wordt uitgelegd wat je over de veiligheidsregels op de startplaats, over de procedures van het vlieg- bedrijf en over het weer moet weten. Daarna wordt in 28 lessen, gekoppeld aan circa 50 lesvluchten, de basisopleiding tot en met de eerste solo- vlucht beschreven.

Zweefvliegers spreken elkaar aan met jij en jou en dat wordt op deze website ook gedaan.
Gelukkig zijn er ook veel zweefvliegsters, maar voor het gemak gebruiken we hier hij in plaats van steeds hij/zij te moeten schrijven.

 

Dit is waar het allemaal om draait: thermiek! In een thermiekbel - een opstijgende kolom warme lucht, vaak onder een cumuluswolk - kun je met een zweefvliegtuig al draaiend meestijgen tot onder de wolkenbasis. Van bel naar bel vliegend - van wolk naar wolk dus - kun je zo enorme afstanden afleggen.