1.8 LUCHTVERKEERSDIENSTEN EN VERKEERSLEIDING
1.8. AIR TRAFFIC SERVICES AND AIR TRAFFIC MANAGEMENT (ICAO Annex 11)
- 1.8.1. SERA 8001 Luchtverkeersleidingsdiensten
- 1.8.2 skeyes en Brussels FIR
- 1.8.3 De indeling van het luchtruim
- 1.8.4 Het vliegplan
- 1.8.5 Het gebruik van transponders
- Samenvatting 1.8
In Annex 11 staan de Standards and Recommended Practices voor de Air Traffic Service.
1.8.1 SERA 8001 LUCHTVERKEERSLEIDINGSDIENSTEN
In SERA Deel 8 staat over Luchtverkeersleidingsdiensten:
Luchtverkeersleidingsdiensten worden verleend:
- aan alle IFR-vluchten in luchtruimklassen A, B, C, D en E;
- aan alle VFR-vluchten in luchtruimklassen B, C en D;
- aan alle bijzondere VFR-vluchten;
- aan het luchtvaartterreinverkeer op gecontroleerde luchtvaartterreinen.
SERA.8005 WERKING VAN LUCHTVERKEERSLEIDINGSDIENSTEN
a) Met het oog op het verlenen van luchtverkeersleidingsdiensten moet een luchtverkeersleidingseenheid:
3) klaringen verlenen en informatie verstrekken om botsingen tussen door haar gecontroleerde luchtvaartuigen te voorkomen en om een ordelijke doorstroming van het luchtverkeer tot stand te brengen en in stand te houden;
b) Door luchtverkeersleidingseenheden verleende klaringen moeten voorzien in separatie tussen:
- alle vluchten in luchtruimklassen A en B;
- IFR-vluchten in luchtruimklassen C, D en E;
- IFR-vluchten en VFR-vluchten in luchtruimklasse C;
- IFR-vluchten en bijzondere VFR-vluchten;
- bijzondere VFR-vluchten tenzij de bevoegde autoriteit anders voorschrijft,
DEEL 9 VLUCHTINFORMATIEDIENST
SERA.9001 Toepassing
a) De vluchtinformatiedienst wordt door de bevoegde eenheden voor luchtverkeersdiensten verleend aan alle luchtvaartuigen die belang kunnen hebben bij die informatie en:
- waaraan luchtverkeersleidingsdiensten worden verleend; of
- die anderszins bekend zijn bij de bevoegde eenheden voor luchtverkeersdiensten.
SERA.9005 WERKINGSSFEER VAN DE VLUCHTINFORMATIEDIENST
a) De vluchtinformatiedienst omvat het verstrekken van relevante:
- SIGMET- en AIRMET-informatie (Significant Meteorological Information en Airmen's Meteorological Information);
b) Naast de onder a) beschreven informatie omvat de aan vluchten verleende vluchtinformatiedienst de verstrekking van informatie over:
- weerberichten of weersverwachtingen voor vertrek-, bestemmings- en uitwijkhavens;
- botsingsgevaren voor luchtvaartuigen die vluchten uitvoeren in luchtruimklassen C, D, E, F en G
1.8.2 SKEYES EN BRUSSELS FIR
skeyes verzorgt de luchtverkeersdienstverlening aan de burgerluchtvaartverkeer in België. De kerntaak is het voorkomen van botsingen in de lucht en op de grond
Het luchtruim boven het grondgebied van België, Luxemburg en een deel van de Noordzee valt onder het vluchtinformatiegebied Brussel (Brussels FIR). In België is er maar één FIR, de Brussels FIR. Een FIR (Flight Information Region) is een gebied waar FIS en alerting service (=behandeling van noodoproepen) aangeboden wordt. Flight Information Service is een Informatiedienst voor vliegtuigen in de vlucht. Zo heb je in België Belga Information en Brussels Information die VFR vliegers advies geven over zaken zoals het luchtverkeer, het weer en de status van je vliegplan.
skeyes zorgt voor:
- Luchtverkeersleiding, het regelen van het luchtverkeer door het geven van aanwijzingen.
- Vluchtinformatieverstrekking, het geven van inlichtingen tijdens een vlucht voor een veilige en doelmatige vluchtuitvoering.
- Alarmering, de betrokken instanties waarschuwen aangaande luchtvaartuigen die hulp behoeven in de vorm van opsporing en redding en deze instanties bij te staan voor zover dat vereist is.
- Het uitgeven van luchtvaartpublicaties zoals de AIP.
ICAO heeft 7 luchtruimcategorieën vastgesteld. Ze maken daarbij onderscheidt tussen IFR- en VFR-verkeer.
IFR-verkeer (Instrument Flying Rules) Voor IFR-verkeer moet je beschikken over blindvlieginstrumenten en de gezagvoerder moet daar een bevoegdheid voor hebben. Voor deze vliegtuigen gelden de Instrument Meteorological Conditions (IMC). Er moet een vliegplan bij de verkeersleiding zijn ingediend en de verkeersleiding is verantwoordelijk voor de separatie.
VFR-verkeer (Visual Flight Rules) Zweefvliegers vallen onder VFR-verkeer. Wanneer het verticale en horizontale zicht voldoende zijn en er ook voldoende afstand tot de wolken gehouden kan worden, gelden de Visual Meteorological Conditions (VMC) (zichtvliegomstandigheden) en kan gevlogen worden volgens de Visual Flight Rules (zichtvliegvoorschriften).
Een VFR-vlieger is zelf verantwoordelijk voor de separatie met ander vliegverkeer. Hier geldt het See-and-Avoid-principe (zien en ontwijken). In het luchtruim waar zweefvliegers mogen vliegen, komt IFR- en VFR-verkeer voor.
1.8.3 DE INDELING VAN HET LUCHTRUIM
Het luchtruim boven België, Luxemburg en een deel van de Noordzee, valt onder de Brussels FIR (Flight Information Region) onder FL195, en het Brussels UIR (Upper Information Region) boven FL195.
Binnen de Brussels FIR/UIR treffen we UTA's, CTA's, TMA's en CTR's aan. Hierboven zie je de luchtruimverdeling boven een vliegveld en hieronder een omschrijving van die gebieden.
- UTA (Upper Control Area). Een UTA is een algemeen luchtverkeersleidingsgebied in de hogere luchtruimte, in de Brussels FIR boven FL 195. Een UTA wordt gecontroleerd door een Upper Area Control Centre (UAC). Tussen FL 195 en FL 245 is dat Brussels Control, boven FL 245 is dat Maastricht Control.
- CTA (Control Area). Een CTA is een uitgebreid gebied op grotere hoogte, voor ‘en-route’ verkeer. Het vliegverkeer wordt daar geregeld door een Area Control Centre (ACC), bijvoorbeeld Brussels Control.
- TMA (Terminal Control Area of Terminal Maneuvering Area ) Een TMA is een gebied op middelgrote hoogte, boven een CTR, vooral voor het laten klimmen en dalen van IFR-verkeer. Het verkeer wordt geregeld door een Area Approach Control (APP), bijvoorbeeld Brussels Approach.
- CTR (Control Zone) Een CTR is een lokaal gebied rondom een vliegveld. Het verkeer wordt geleid door een Tower (TWR), bijvoorbeeld Antwerpen Tower. Of, volgens de definitie van ICAO : een CTR is een gecontroleerd luchtruim dat zich vanaf het aardoppervlak verticaal uitstrekt tot aan een vastgestelde bovengrens;
In ongecontroleerd luchtruim geven Brussels Information en Belga Information vluchtinlichtingen aan zowel militaire als civiele luchtvaartuigen.
CTR en TMA's van Kleine Brogel, samen met R05A "Helchteren" en R05B "Helchteren Run-In"
1.8.4 HET VLIEGPLAN
Opmerking: Voor binnenlandse vluchten wordt er door zweefvliegers zelden of nooit een vliegplan ingediend. Volgens de Belgische wetgeving is een vliegplan voor internationale vluchten binnen het Shengengebied niet vereist. Ook Duitsland past deze regel toe. Frankrijk en Nederland vragen echter wél een vliegplan wanneer je de grens overschrijdt.
In SERA Deel 4 staat:
SERA.4001 Indiening van een vliegplan
a) De aan de eenheden voor luchtverkeersdiensten te verstrekken informatie met betrekking tot een geplande vlucht of een gepland deel van een vlucht, moet worden ingediend in de vorm van een vliegplan. De term 'vliegplan' wordt zowel gebruikt voor volledige informatie over alle punten in de beschrijving van het vliegplan die betrekking hebben op de volledige route van een vlucht, als voor beperkte informatie, die onder meer vereist is om klaring te verkrijgen voor een klein deel van een vlucht, zoals het kruisen van een luchtweg, het opstijgen van of het landen op een gecontroleerd luchtvaartterrein.
b) Een vliegplan moet worden ingediend vóór de exploitatie van:
- een vlucht of een deel van een vlucht waarvoor luchtverkeersleidingsdiensten worden verleend;
- een IFR-vlucht binnen een luchtruimgedeelte waarin luchtverkeersadvisering wordt verleend;
- een vlucht in of naar gebieden of langs routes die door de bevoegde autoriteit zijn aangewezen om het verlenen van vluchtinformatie-, alarmerings- en opsporings- en reddingsdiensten te vergemakkelijken;
- een vlucht in of naar gebieden of langs routes die door de bevoegde autoriteiten zijn aangewezen om de coördinatie met passende militaire eenheden of met eenheden voor luchtverkeersdiensten in aangrenzende staten te vergemakkelijken, teneinde te vermijden dat er behoefte is aan onderschepping voor identificatiedoeleinden.
- een vlucht over internationale grenzen, tenzij anders voorgeschreven door de betrokken staten;
- een vlucht die 's nachts gepland is, als hij de nabijheid van een luchtvaartterrein verlaat.
c) Een vliegplan wordt vóór vertrek ingediend bij een luchtverkeersmeldingspost of tijdens de vlucht doorgestuurd naar de passende eenheid voor luchtverkeersdiensten of het passende lucht-grondcontroleradiostation, tenzij regelingen zijn getroffen voor de indiening van repetitieve vliegplannen.
d) Een vliegplan voor een geplande vlucht die internationale grenzen overschrijdt of waarvoor luchtverkeersleidingsdiensten of luchtverkeersadviseringsdiensten moeten worden verstrekt, moet minstens zestig minuten vóór vertrek worden ingediend of, indien het tijdens de vlucht wordt ingediend, op een tijdstip dat garandeert dat het minstens tien minuten vóór het luchtvaartuig naar verwachting de onderstaande punten zal bereiken, bij de passende luchtverkeersdiensten aankomt:
- het punt waarop het luchtvaartuig voornemens is een controlegebied of gebied waarin luchtverkeersadvisering wordt verleend, binnen te vliegen; of
- het punt waarop het luchtvaartuig een luchtweg of route waarlangs luchtverkeersadvisering wordt verleend, zal kruisen.
SERA.4005 Inhoud van een vliegplan
a) Een vliegplan bevat informatie over de volgende punten die door de bevoegde autoriteit als relevant worden beschouwd:
- Identificatie van het luchtvaartuig
- Vliegvoorschriften en type vlucht
- Aantal en type(n) luchtvaartuigen en zogturbulentiecategorie
- Apparatuur
- Luchtvaartterrein of operatielocatie van vertrek
- Geschatte vertrektijd
- Kruissnelheid (-snelheden)
- Kruisniveau(s)
- Te volgen route
- Luchtvaartterrein of operatielocatie van bestemming en geschatte totale verstreken tijd
- Uitwijkhavens of -operatielocatie(s)
- Bereik
- Totaal aantal personen aan boord
- Nood- en overlevingsuitrusting
- Andere inlichtingen.
b) Voor vliegplannen die tijdens de vlucht worden ingediend, geldt als luchtvaartterrein of operatielocatie van vertrek de plaats van waar aanvullende informatie over de vlucht kan worden verkregen, indien vereist. In plaats van de geschatte vertrektijd moet het tijdstip boven het eerste punt op de route waarop het vliegplan betrekking heeft, worden verstrekt.
SERA.4010 Voltooiing van een vliegplan
a) Een vliegplan bevat informatie, voor zover van toepassing, over relevante punten tot en met 'Uitwijkhavens of -operatielocatie(s)' voor de volledige route of het deel ervan waarop het vliegplan betrekking heeft.
b) Indien de bevoegde autoriteit dit voorschrijft of de persoon die het vliegplan indient dit nodig acht, bevat het bovendien informatie over alle andere punten, voor zover van toepassing.
SERA.4015 Wijzigingen van een vliegplan
a) Volgens de voorwaarden van SERA.8020, onder b), moeten alle wijzigingen van een vliegplan voor een IFR-vlucht of voor een VFR-vlucht die als gecontroleerde vlucht wordt geëxploiteerd, aan de passende eenheid voor luchtverkeersdiensten worden meegedeeld zodra dit in de praktijk mogelijk is. Voor andere VFR-vluchten moeten significante wijzigingen van een vliegplan aan de passende eenheid voor luchtverkeersdiensten worden meegedeeld zodra dit in de praktijk mogelijk is.
b) Indien de vóór het vertrek ingediende informatie over het bereik of het totaal aantal personen aan boord niet correct is, vormt dit een significante wijziging van het vliegplan en dient dit als dusdanig te worden meegedeeld.
SERA.4020 Sluiten van een vliegplan
a) Voor elke vlucht waarvoor een vliegplan is ingediend voor de volledige vlucht of het resterende gedeelte van een vlucht naar het luchtvaartterrein van bestemming wordt zo snel mogelijk na de landing persoonlijk, via radiotelefonie, datalink of andere door de bevoegde autoriteit voorgeschreven middelen een aankomstrapport ingediend bij de passende eenheid voor luchtverkeersdiensten op het luchtvaartterrein van aankomst.
1) Na een landing op een luchtvaartterrein waar luchtverkeersdiensten worden verleend, hoeft geen aankomstrapport te worden ingediend op voorwaarde dat radiocommunicatiesignalen of visuele signalen aangeven dat de landing is waargenomen.
b) Als een vliegplan alleen is ingediend voor een ander deel van een vlucht dan het resterende deel naar de bestemming, wordt het, voor zover vereist, gesloten door een passend rapport aan de relevante eenheid voor luchtverkeersdiensten.
c) Als op het luchtvaartterrein of de operatielocatie van aankomst geen eenheid voor luchtverkeersdiensten bestaat, wordt het aankomstrapport, voor zover vereist, zo snel mogelijk na de landing en met de snelst beschikbare middelen ter beschikking gesteld van de dichtstbijzijnde eenheid voor luchtverkeersdiensten.
d) Wanneer geweten is dat de communicatiefaciliteiten op het luchtvaartterrein of de operatielocatie van aankomst ontoereikend zijn en er op de grond geen alternatieve regelingen voor de afhandeling van aankomstrapporten beschikbaar zijn, wordt de volgende actie ondernomen. Onmiddellijk voorafgaand aan de landing verstuurt het luchtvaartuig, indien mogelijk, een bericht dat vergelijkbaar is met een aankomstrapport, voor zover een dergelijk rapport is vereist, naar de passende eenheid voor luchtverkeersdiensten. Normaal wordt dit bericht gestuurd naar het luchtvaartstation dat ten dienste staat van de eenheid voor luchtverkeersdiensten die bevoegd is voor het vluchtinformatiegebied waarin het luchtvaartuig is geëxploiteerd.
e) Aankomstrapporten van luchtvaartuigen bevatten de volgende informatie:
- de identificatie van het luchtvaartuig;
- het luchtvaartterrein of de operatielocatie van vertrek;
- het luchtvaartterrein of de operatielocatie van bestemming (alleen in het geval van een afgeleide landing);
- het luchtvaartterrein of de operatielocatie van aankomst;
- het tijdstip van aankomst.
1.8.5 HET GEBRUIK VAN TRANSPONDERS
Een transponder zorgt ervoor dat een zweefvliegtuig zichtbaar is op de radar van de verkeersleiding, verkeersvliegtuigen en militaire vliegtuigen die zijn uitgerust met een TCASof ACAS. Hierdoor is het mogelijk om vliegtuigen van elkaar te separeren en zo botsingen te voorkomen. Zie verder over de transponder bij 1.6.6
Samenvatting 1.8 Luchtverkeersleidingsdiensten en verkeersleiding De kerntaak van skeyes is het voorkomen van botsingen. Zij zorgen voor:
Binnen de Brussels FIR treffen we van boven naar beneden UTA's, CTA's, TMA's en CTR's aan.
Samenvatting Vliegplan
|